Tip 9: Praat met je kind over de sondevoeding
Vanaf een jaar of drie kun je je kind uitleggen waarom hij sondevoeding krijgt. Ilse van der Wijst: “Leg uit dat hij op deze manier voeding of medicijnen krijgt zodat hij groot en sterk wordt. Let ook op je woordkeuze: wij gebruiken in het ziekenhuis bijvoorbeeld niet het woord ‘slangetje’, omdat kleine kinderen dat associëren met het dier. Alternatieven? Rietje, buisje of sonde. Is je kind iets ouder en bang gepest te worden op school? Overleg met de leerkracht of hij misschien een spreekbeurt kan houden over zijn sondevoeding.”
Rebecca geeft haar zoontje Levi (6) thuis sondevoeding. Lees haar verhaal hier.