Vertel / Ik push mezelf om dingen te ondernemen. Achter de geraniums zitten, kan altijd nog Gepubliceerd op 21 september 2018 Piet Hoekman (66) verloor door zijn diabetes in tweeëneenhalf jaar tijd zijn beide onderbenen. Ingrijpend, maar zijn humor en het tekenen van cartoons hielpen hem door het revalidatieproces heen.

“Lopen op twee protheses; dat was in het begin best lastig. Alsof ik op stelten liep. Maar tegelijkertijd was ik vastberaden om door te zetten. En mezelf te activeren. Wat kon ik nog wél? Tot mijn veertigste heb ik actief gevoetbald. Dus het voorstel om dat op therapie eens te proberen? Waarom niet! Toen het me lukte om met protheses en al een balletje over te tikken… Geweldig! Ja, dat gaf wel een kick.”

Verminkte benen door het vele spuiten
“Ik weet niet beter dan dat ik diabetes heb. Drie was ik, toen de dokter het aan mijn moeder vertelde. ‘Suiker’ was in die tijd een stuk ingewikkelder dan nu. Insuline kreeg ik bijvoorbeeld via een grote glazen spuit, met naalden van zeker vier centimeter. Daarvan kreeg ik grote bobbels op mijn benen. ‘Verminkt’ door het vele spuiten. Diabetes had een grote impact op mijn leven. Naar de kleuterschool, dat zat er voor mij niet altijd in. En schoolreisjes waren ook geen optie. Als kind snap je niet zo goed waarom. Pas later besef je je: diabetes is niet voor even, het is voor het leven.”
Wakker worden zonder onderbeen
“Dat diabetes soms grotere gevolgen heeft dan je denkt, merkte ik toen ik in 2013 een burn-out kreeg. Door al die spanningen schommelden mijn schommelden nog meer. Daarnaast kreeg ik wondjes op mijn linkervoet die maar niet wilden genezen. Langdurige wondzorg was noodzakelijk, maar het mocht niet baten. Sterker nog: het werd alleen maar erger. Zo erg dat amputatie van mijn onderbeen uiteindelijk noodzakelijk was. Toen de arts dat voorstelde, schrok ik me kapot. Maar tegelijkertijd wist ik dat het zo niet verder kon. Ik had er zoveel pijn en ellende van. Ik was op een punt gekomen dat ik dacht: haal dat been maar weg. En zo werd ik in april 2014 geopereerd. Om wakker te worden zonder mijn been… Dat was gek. Maar ik wist tegelijkertijd dat ik geen andere keuze had.”
Denken in mogelijkheden, niet in beperkingen
“Na een week in het ziekenhuis kwam ik in een revalidatiecentrum terecht. Hier leerde ik hoe belangrijk het is om in mogelijkheden te denken en niet in beperkingen. Ik weet nog goed de eerste keer dat ik ging fietsen, met een handbike. Toen het me lukte om over een viaduct te fietsen en ik daar bovenop stond, met de wind door mijn haren… Geweldig! Dat had ik toch maar mooi bereikt!”
 Tekenen om de amputatie te verwerken
“Waar ik tijdens mijn revalidatie veel aan heb gehad, is tekentherapie. Hierbij maakte ik allerlei cartoons over mezelf en het gemis van mijn been. Zo tekende ik een rijtje rolstoelen met als onderschrift: ‘Er wordt op dit moment erg gekort in de zorg.’ Dat hielp me om de amputatie te verwerken, op een luchtige manier. Ook anderen konden mijn tekeningen waarderen. ‘Zo meneer Hoekman, wat heeft u nu weer getekend?’ zeiden de revalidatieartsen vaak grijnzend. Ook mijn twee zoons moesten er vaak om grinniken. ‘Dit moet je uitgeven, pap’, zeiden ze weleens. Dat hoefde dan weer niet. Ik deed het vooral voor mezelf, voor mijn eigen verwerking.”
Diabetes gooit roeit in het eten: tweede amputatie
“Na vier maanden revalidatie mocht ik naar huis. Dan moet je het zelf doen en gelukkig ging dat niet onaardig. Zoetjes aan pakte ik mijn werk weer op. Het leek de goede kant op te gaan. Tot mijn diabetes in 2016 weer roet in het eten gooide. Ik kreeg ditmaal klachten aan mijn resterende voet. En wéér kreeg ik te maken met allerlei open wonden en verbandtoestanden. Er volgden allerlei operaties om de doorbloeding in mijn been weer op gang te krijgen, maar niets hielp. Na drie operaties was de conclusie: ook dit been moest eraf. En dus onderging ik in oktober 2016 mijn tweede amputatie.”
 Humor is een krachtig medicijn
“Na mijn tweede amputatie wist ik iets beter wat ik kon verwachten en kon ik mezelf ‘wapenen’. Mijn tekenspullen gingen dan ook direct mee toen ik weer naar het revalidatiecentrum ging. Tekenen was voor mij een uitlaatklep. Sowieso is humor een krachtig medicijn. Niet alleen in de vorm van cartoons, maar ook in het contact met andere patiënten en medisch personeel. Humor maakt alles minder zwaar, brengt verlichting. Tegen de stagiair in het revalidatiecentrum die me hielp om te voetballen, zei ik van tevoren grappend: ‘Ik was vroeger tweebenig, dus pas maar op!’”
Bezig blijven en doelen stellen
“Hoe het nu gaat? Ik ben nog altijd in therapie en leer continu bij. Dat ik nu kan traplopen, dat had ik nooit voor mogelijk gehouden. Maar het kán! Ik probeer verder te genieten van kleine dingen. Naar sport kijken, onder de mensen zijn, een praatje maken. Of met de rollator een stukje lopen. Inmiddels kan ik vanaf huis naar de binnenstad van Middelburg lopen. Dat voelt elke keer weer als een overwinning. Ik wil bezig blijven, doelen voor mezelf stellen. Achter de geraniums zitten, kan altijd nog.”