Basisproducten

Er zijn verschillende basisproducten verkrijgbaar.

  • Gazen en kompressen
  • Fixatiematerialen
  • Vette gazen en wondcontactmaterialen
  • Huidverzorgers en –beschermers
  • Reinigende vloeistoffen

 

Gazen en kompressen
Verbandgaas is de meest eenvoudige wondbedekker. Het is goed te gebruiken in combinatie met zalven en reinigende vloeistoffen (bijvoorbeeld een ontsmettingsmiddel). Gazen zijn geschikt om holtes op te vullen en wondvocht te absorberen. Ze kunnen gebruikt worden om middelen lokaal in het wondbed aan te brengen. Een nadeel van katoenen gazen is dat ze soms aan de wond gaan kleven. Hierdoor kan er bij het verwijderen door indrogen materiaal in de wond achterblijven en kan het weefsel beschadigen. Bovendien beschermt een gaas slecht tegen infectie.

Een gaas kan afgedekt worden met een kompres. Een kompres lijkt op verbandgaas, maar een kompres is dikker en neemt meer vocht op.

Fixatiematerialen
Fixatiemateriaal is onder te verdelen in zwachtels en pleisters. Locatie en grootte van de wond en de daarbij behorende behandeling bepalen de wijze van fixatie van een verband. En daardoor dus de keuze voor zwachtels en pleisters.

Met zwachtels kunnen alle wonden worden verbonden. Deze worden gemaakt van natuurlijke vezels als katoen, afgeleide natuurlijke vezels zoals viscose en rubber en synthetische vezels, zoals polyamide, polyester en polyurethaan. Katoen en viscose nemen vocht op en zijn huidvriendelijk. Rubber en synthetische vezels zijn elastisch, waterafstotend en hebben een hoge treksterkte. Fixatiezwachtels zijn beschikbaar in niet-elastische, elastische fixatiezwachtels en elastische buisverbanden en netverbanden.

Pleisters worden voor de fixatie van droge wondbedekkers, zoals droge gazen of gazen, rondom drains toegepast. Ook kunnen ze pleisters gebruiken voor het fixeren van zwachtels. Pleisters zijn beschikbaar met traditionele of hypoallergene kleeflagen. De ruglaag kan zijn gemaakt van katoen, viscose, folie, geperforeerd folie of non-woven materiaal.

Vette gazen en wondcontactmaterialen 
Vette gazen bestaan meestal uit een open geweven katoenen of katoen/viscose vezel, geïmpregneerd met een vet (paraffine of vaseline). Het gaas gaat verkleving met het wondbed tegen. Zo voorkomt het uitdroging van de wond. En het laat bij verwijdering het nieuwe granulatieweefsel intact. Bovendien houdt het de wondranden soepel. Het zalfkompres moet dagelijks verwisseld worden.

Wondcontactmaterialen bestaan uit gaasachtig materiaal van kunststof. Het kan meestal meerdere dagen op de wond blijven zitten. Het droogt niet in en verkleeft niet met het wondbed. De kleine maaswijdte voorkomt ingroei van granulatieweefsel. De mazen in een absorberend secundair verband nemen het wondvocht op. Ook eventuele medicijnen kunnen door het wondcontactmateriaal het wondbed bereiken.

Huidverzorgers en –beschermers
Soms is het nodig de wondranden te beschermen tegen de inwerking van het wondvocht. Bijvoorbeeld bij wonden met veel wondvocht of fistels met agressief wondvocht. Een beschadigde wondrand vergroot de kans op infecties, vertraagt de wondgenezing en veroorzaakt soms pijn en jeuk. Huidverzorgers en -beschermers voorkomen dat. Ze zijn beschikbaar in de vorm van zalven, films en hydrocolloïden.

Reinigende vloeistoffen
Reinigende vloeistoffen worden meestal als spoelvloeistof of als vochtig verband toegepast. Een spoelvloeistof wordt in de wond gespoten of met in de vloeistof gedrenkte gazen wordt de wondbodem uitgeveegd, wat de wond reinigt van losse materialen. Als vochtig verband worden (non-woven) gazen gedrenkt in de vloeistof, waarna ze uitgeknepen direct op de wond worden aangebracht. Om uitdroging en verkleving te voorkomen moeten vochtig verbanden drie- tot zesmaal daags worden verwisseld.

De klassieke reinigende vloeistoffen bevatten onder andere jodium, chloorhexidine, alcohol of azijn. De moderne versies bevatten honing of polyhexanide. Reinigende vloeistoffen belemmeren op den duur de wondgenezing.