Een week suikervrij: geen piece of cake

Een week in de schoenen van een diabeet? MediReva-reporter Waldo ging de uitdaging aan en probeerde zeven dagen suikervrij te eten.

Of ik als MediReva-reporter één week zonder suiker wilde proberen. En mijn ervaringen daarover wil delen. Makkie… Toch? Ik ben geen zoetkauw en gebruik ook geen suiker in mijn koffie. Dus hoe moeilijk kan het zijn? Hoe naïef van mij. Want het blijkt in de praktijk toch wat anders te zijn…

Zaterdag: continu verpakkingen checken

Op zaterdag doe ik altijd boodschappen. Normaal gesproken kost me dat max een half uurtje. Maar nu ik alle producten moet checken op suiker, duurt dat opeens ruim een uur! En wat ik nog veel zorgwekkender vind: ik merk dat vrij wel overal suiker in zit. Zelfs in chips! Na een uur verpakkingen lezen en denken “dit wordt een zware week”, betrap ik mezelf erop dat ik zelfs de hondenkoekjes check op suiker!

Zondag: moeite met snoepende partner

Dag twee van de suikervrije week. Ik lunch met speciaal brood, waar geen suiker of andere toevoegingen inzitten. Als beleg kies ik voor kaas en vleeswaren, waar volgens het etiket geen suiker inzit. Wel moet ik mezelf eraan herinneren om géén zoetigheid op mijn bammetjes te smeren. Dat zit zó in mijn systeem! Voorlopig moet ik dus even afscheid nemen van mijn geliefde pindakaas. Afgezien daarvan kom ik de tweede dag eigenlijk best goed door. Tot ’s avonds bij het tv-kijken… Het niet mogen snaaien is dan wel een beetje een ‘lijdensweg’. Zeker als je partner wél gewoon lekker aan het knabbelen is!

“Hoe moeilijk kon een week zonder suiker zijn? Hoe naïef van mij…”

Maandag: beetje flauwtjes

Vol goede moed ga ik maandag verder. Het gaat me goed af, ook al mis ik mijn pindakaas op brood tijdens de lunch. Gaandeweg de dag vraag ik mij wel steeds meer af: wat gebeurt er als je diabeet bent en toch per ongeluk suiker eet? Hoe merk je dat dan en hoe weet ik dan in welk product dat zat. Aan het eind van de middag voel ik me een beetje flauwtjes. Maar ja, dat kan ook door iets anders komen. ’s Avonds eten mijn vrouw en ik bloemkool met kip en aardappels. Volledig suikervrij!

Dinsdag: een onrustig gevoel

Als ik dinsdag opsta, voel ik me vreemd. Alsof ik wat mis, maar niet weet wat. Het geeft me een onrustig gevoel. Zouden dit afkickverschijnselen zijn? Wat het ook is, het voelt niet lekker. Overdag ben ik aan het werk en denk ik weinig aan suiker. Totdat ik thuis ben en het avondeten aan het maken ben: witlofschotel met puree en ham uit de oven. Achteloos wil ik kruiden pakken om aan het gerecht toe te voegen, maar wacht eens even… Zelfs daar zit soms suiker in! Dat besef zorgt voor een soort van boosheid bij me. Omdat je overal over moet nadenken wat je eet. “Dit is toch geen doen”, zeg ik tegen mezelf. Ik heb echt bewondering voor mensen die hier continu rekening mee moeten houden!

Woensdag: knallende koppijn

Wat een rotdag! Al bij het opstaan heb ik flinke hoofdpijn. Suiker is verslavend, dat staat vast. Het is écht lastig om vanaf te komen! En om er altijd en overal rekening mee te houden. Het begint me tegen te staan om continu hetzelfde op brood te hebben. Altijd maar weer die kaas! Maar afspraak is afspraak, dus ik zet dapper door. Vandaag heb ik afgesproken om met een collega buiten de deur te lunchen. In het restaurant loop ik tegen hetzelfde probleem aan als in de supermarkt. Overal stoere en hippe namen, waardoor het lijkt alsof het heel gezond is. Zelf sla wordt de hemel in te prijzen. Daar zit geen suiker in, maar wat zit er in de dressing? Niemand die het weet. Dan toch maar mijn vertrouwde bammetjes, die ik voor de zekerheid heb meegenomen. Mijn hoofdpijn gaat die dag ook niet weg. Ook merk ik dat ik eigenlijk helemaal geen trek heb in eten. ’s Avonds lig ik bijzonder vroeg op bed.

“Als ik opsta, voel ik me vreemd. Zouden dit afkickverschijnselen zijn?”

Donderdag: ‘spijbelen’ met pasta

Ik betrap mezelf erop dat ik nu standaard let op wat ergens in zit. Dat deed ik vroeger nooit! Dat betekent dus ook geen Cup a Soup-moment op het werk, want ook dat barst van de suikers. Verder probeer ik mij verder te verdiepen in een suikervrij leven door op internet op zoek te gaan naar inspiratie. Als avondeten hebben we vandaag spaghetti. Alleen realiseer ik me pas veel te laat dat ook pasta suiker bevat. Nu begin ik toch wel kribbig te worden. Wéér opletten wat je eet. Nou, ik heb gewoon ‘gespijbeld’ en even niet opgelet op wat ik eet. Maar bah, wat smaakt die pasta anders opeens. Heel zoet!

Vrijdag: minder boodschappen, duurder prijskaartje

Ik ga boodschappen doen en merk dat ik wederom veel meer heb uitgegeven dan normaal. Terwijl er minder in mijn karretje zit. Kennelijk ben ik telkens zó bezig te kijken wat ergens inzit, dat ik minder koop! Dat moet toch ook anders kunnen, lijkt me. Hoe simpel zou het zijn als supermarkten bij ieder product een kleurcode meegeven of het past binnen een bepaald dieet. Dat maakt het toch veel makkelijker? En eigenlijk is het ook best raar dat veel gezonde producten niet goedkoop zijn. Toch bizar dat groenten duurder zijn dan een vette hap? Net als de suikervrije producten, die in de supermarkt altijd ergens verstopt staat op één plank. Daar betaal je als snel een hele hoop voor. Wat dat aangaat, worden mensen met een kleine beurs nog eens extra benadeeld.

Conclusie: suikervrij is niet makkelijk

Mijn eindconclusie na een week suikervrij? Dat het echt niet makkelijk is! Ik vond het eerlijk gezegd best een gedoe om zo te moeten letten op wat je eet. Dat gezegd hebbende: dat zal vast minder worden als je het langer doet en er gewend aan raakt. Of omdat je nu eenmaal geen keuze hebt. Hoe dan ook: ik heb echt enorm veel respect gekregen voor mensen die diabetisch zijn. Voor mij is het eten van suiker niet (levens)bedreigend. Als ik het tijdens deze week toch per ongeluk toch at, dan was het: oeps, en weer door. Maar als je echt diabetes hebt, is dat natuurlijk wel anders.
Verder kan ik na een week geen suiker eten concluderen dat ik me nu niet echt fitter ofzo voel. Wel ben ik bewuster gaan eten, omdat ik vaker etiketten checkte. Ik denk eigenlijk dat ik dat nog wel blijf doen. Immers een vrij kleine moeite en zo krijg ik toch minder suiker binnen!

“Suiker is verslavend, dát staat vast!”