De stomapoppen aan het dansen

Een stoma krijgen is een ingrijpende gebeurtenis. Voor volwassenen, maar voor kinderen misschien nog wel een tandje meer. Hoe bereid je je kind daarop voor? Een stomapop of stomaknuffelkonijn kan uitkomst bieden.

Een vrolijk getekend gezichtje, piekerige haartjes en fleurige kleertjes. In eerste instantie lijkt het een speelgoedpop zoals er zo veel zijn. Maar als je op het buikje kijkt, verraden de slangetjes en kunstmatige uitgang erop dat het hier níet om doorsnee speelgoed gaat. Eind vorig jaar haalde kinderchirurg dr. Sanne Botden van het Radboudumc het nieuws met haar eigen stomapoppen. Geïnspireerd naar exemplaren die ze tegenkwam op een medisch congres in de Verenigde Staten, inmiddels handmatig gemaakt door haar moeder. Zo kunnen Sanne’s patiëntjes die een stoma hebben gekregen, gerust worden gesteld. “Doordat de pop ook een stoma heeft, is het voor kinderen minder gek. En zijn ze – zeker voorafgaand aan de operatie – veel  meer op hun gemak”, vertelt ze. “Dit geldt niet alleen voor de kinderen zelf, maar voor het hele gezin. Daarom krijgen alle kinderen én baby’s die een stoma krijgen een bijpassende pop, vlak vóór of kort na de operatie.”

 

Pop met een ‘roosje’

Ook in het gezin van Mandy Bruijns zijn ze fan van een soortgelijke variant. De Kiwanispop bood uitkomst toen zoontje Thijs (5) in 2019 vanwege ernstige darmklachten een ileostoma kreeg. “In aanloop naar de operatie hebben we deze pop veel gebruikt”, vertelt Mandy. “Het is nu eenmaal makkelijker uitleggen wat er komen gaat aan de hand van zo’n pop, dan als je het sec vertelt. Het mooie is: ik merkte dat Thijs erdoor minder angst voor de stoma had. Er meer een gevoel van controle ontstond. Ook de herkenbaarheid vind ik er goed aan. Dat je kind een beeld krijgt van een stoma. Een stoma-uitgang kan er voor kleine kindjes best ‘eng’ uitzien. Maar doordat Thijs het ‘roosje’ op de pop had gezien, kreeg hij er minder een negatieve associatie bij. Kon hij zich er meer mee identificeren, en was zijn eigen ‘roosje’ niet vreemd meer na de operatie. Wat ook heel leuk is aan de pop, is dat-ie helemaal effen is. Dus Thijs kon er echt zijn eigen pop van maken. Er zelf een gezichtje op tekenen, maar ook aankleden met kleertjes én een zakje om de ‘stoma’ heen doen. Een heel speels en handig hulpmiddel dus!”

“Met zo’n pop is het makkelijker uit te leggen wat er komen gaat. Er is meer controle en minder angst voor de stoma”

Opening tot gesprek

En niet alleen voor het patiëntje in kwestie is het handig, meent Mandy. “Ook onze oudste dochter kreeg een Kiwanispop mee. Zodat we daarmee konden uitleggen wat er met haar broertje ging gebeuren. Daardoor begrijpt zij niet alleen beter wat er met Thijs aan de hand is, maar betrek je haar ook in het hele proces. Wel zo prettig. Want als een kind een stoma krijgt, heef dat nu eenmaal invloed op het hele gezin.” Daarnaast merkt Mandy dat de pop ook kan fungeren als een laagdrempelige opening tot een gesprek over stoma’s. “Toen onze buurjongetjes laatst kwamen spelen en de stomapop zagen, vroegen ze aan Thijs: ‘wat is dat?’ Waarop hij antwoordde met: ‘Dat is mijn pop met een roosje; kijk, die heb ik ook’, en wees naar zijn eigen stoma. Waarop vervolgens zijn zusje aanvulde dat als je niet kan poepen, je dan een roosje hebt. Dat is wel mooi om te zien.”

“Ik moet het niet in mijn hoofd halen om Thijs zijn stomaknuffelkonijn af te pakken. Dat vind ik ook wel weer heel mooi; die knuffel hóórt gewoon bij hem, net als zijn stoma”

Stoma wordt ‘normaal’

Inmiddels is het twee jaar geleden dat Mandy’s zoontje zijn stoma kreeg. De nieuwigheid is er dan ook wel vanaf, evenals van de stomapop zelf, bekent ze. “Die ligt nu gewoon naast de ‘normale’ poppen in de kinderwagen. Af en toe wordt er nog wel mee gespeeld, maar niet meer zoveel als voorheen, toen hij nét zijn stoma had. Wat dat aangaat is het voor Thijs ook een soort van normaal geworden. Wél is hij nog erg gehecht aan zijn stomaknuffelkonijn. Die had ik gewonnen via de Facebook-pagina van de Stichting Stomaatje. Thijs was er gelijk helemaal gek op. Twee jaar verder slaapt hij daar nog steeds mee.” Lachend: “En ik moet het ook niet in mijn hoofd halen om die af te pakken. Dat vind ik ergens ook wel weer heel mooi. Dat konijn hóórt gewoon bij Thijs. Net als zijn stoma.”